Een pro forma bezwaarschrift

Op het telefonische spreekuur meldt zich een klant die een brief van de gemeente heeft ontvangen. Daarin staat dat de gemeente zijn verzoek tot kwijtschelding van gemeentelijke belastingen afwijst. De klant wil weten of het zin heeft om bezwaar te maken. Er is haast bij want de bezwaartermijn verloopt de volgende dag al. Dat is (te) kort dag voor ons om de klant goed te kunnen adviseren. We raden hem dan ook aan om een pro forma bezwaarschrift te sturen aan de gemeente. Met een pro forma bezwaarschrift teken je formeel bezwaar aan maar geef je nog geen inhoudelijke argumenten. Daarvoor vraag je een nadere termijn. Zo stel je de bezwaartermijn veilig en creëer je meer tijd om je bezwaar deugdelijk te motiveren.

Voor dat pro forma bezwaarschrift sturen we de klant meteen een concept toe, zodat hij diezelfde dag nog bezwaar kan maken. Hiermee is de druk van de ketel. We spreken af dat de klant ons nog wat aanvullende stukken stuurt en dat wij daarna weer contact met hem opnemen om hem verder te adviseren.

De bezwaarschriftenprocedure is geregeld in de Algemene wet bestuursrecht (Awb). In artikel 6:5 Awb is opgenomen aan welke eisen een bezwaarschrift moet voldoen. Zo moet een bezwaarschrift onder andere de gronden van het bezwaar bevatten. Als daaraan niet is voldaan kan het bezwaar niet ontvankelijk worden verklaard. De indiener van het bezwaarschrift krijgt volgens artikel 6:6 Awb echter eerst de gelegenheid het verzuim binnen een bepaalde termijn te herstellen. Daarop is het pro forma bezwaarschrift gebaseerd.